Deze reis is grotendeels gebaseerd op bestaande
routes die ik overgenomen heb uit het Fietsmagazine Eifel 2012, uitgegeven door
Eifel Tourismus GmbH
Aanvankelijk was het de bedoeling om te gaan kamperen. Echter, mijn slaapzak die ik via een groepsaankoop aankocht, raakte niet tijdig geleverd. Omdat ik geen zin had om met mijn zomerslaapzak kou te lijden besloot ik te kiezen voor jeugdherbergen (JHB).
overzicht reisroute |
Dag 0, trein naar Aachen: 8 km
Het is 4 uur in de morgen, ik ben klaar wakker. Kan ook niet anders, want ik heb
een vroege dienst. Vandaag zal er niet meer gefietst
worden, want het vertrek van deze fietsreis ligt in Aachen. Ik ga er heen met
de trein.
En dat begint al goed. Ik rij het perron op en vraag de conducteur waar ik de fiets mag plaatsen. “Helemaal voorin”, geeft die te kennen. Daar aangekomen klopt iemand op het raam. Ik zie André* zitten, een kennis van me. Hij vraagt me waar ik naar toe ga. Ik leg hem uit wat ik van plan ben, en dan zegt hij “als je wil mag je vooraan, in de stuurcabine blijven”. Dat moet je mij geen twee keer vragen. De tijd vliegt, en voor ik het weet sta ik in Welkenraedt, waar ik aansluiting neem richting Aachen. Die aansluiting, hooguit een kwartiertje, wordt gedaan met een boemeltje wat mij meteen 30 jaar terug de tijd in katapulteert. Ongelofelijk welk oud materiaal er nog gebruikt wordt. Wat moeten die Duitsers niet van ons denken?
En dat begint al goed. Ik rij het perron op en vraag de conducteur waar ik de fiets mag plaatsen. “Helemaal voorin”, geeft die te kennen. Daar aangekomen klopt iemand op het raam. Ik zie André* zitten, een kennis van me. Hij vraagt me waar ik naar toe ga. Ik leg hem uit wat ik van plan ben, en dan zegt hij “als je wil mag je vooraan, in de stuurcabine blijven”. Dat moet je mij geen twee keer vragen. De tijd vliegt, en voor ik het weet sta ik in Welkenraedt, waar ik aansluiting neem richting Aachen. Die aansluiting, hooguit een kwartiertje, wordt gedaan met een boemeltje wat mij meteen 30 jaar terug de tijd in katapulteert. Ongelofelijk welk oud materiaal er nog gebruikt wordt. Wat moeten die Duitsers niet van ons denken?
Aachen heeft een heel modern station. Alle
perrons zijn via liften bereikbaar. Nog vlug wat eten kopen in het station,
en op weg naar de jeugdherberg (JHB) in Aachen. Ik ben in de juiste straat, en
moet nummer 260 hebben. Ik zie 259, 261, maar geen 260. Huh, en nu? Aan de
overkant van de weg ligt een hoger gelegen domein. Een groot gebouw, geheel
verscholen achter bomen blijkt de JHB te zijn. Mooi, goed
onderhouden en groot. Goed onthaal, en dat voor 25.80€ voor
overnachting en ontbijt.
Mijn kamergenoot is een Japanner.
Haggyjimmy of Jimmyhagga of zoiets, ik vraag het hem geen twee keer. Het is nogal een grappige naam. Hij blijkt een werkloze architect te zijn die ooit nog gestudeerd heeft in Duistland, en zo een aardig mondje Duits spreekt, wat converseren
toch enigszins mogelijk maakt. Engels spreekt hij ook een beetje, maar ik
versta hem beter in het Duits. We hebben het over van alles en nog wat, onder
andere over voeding. Hij kan maar niet begrijpen dat mensen rijst in hun melk
doen (rijstpap).
*fictieve naam, om persoon niet in discrediet bij werkgever te brengen.
Ondanks het gesnurk van m'n Aziatische kamergenoot heb ik toch een
goede nachtrust gehad. Na het ontbijt ben ik al vroeg klaar voor mijn eerste
tocht. Het is 9:30 u als ik ingeklikt mijn eerste tocht richting Vennweg
aanvang. Een route die langs een voormalig spoortracé loopt van Aachen, naar
Troisvierges in Luxemburg. Zo ver rij ik niet, want ik Sankt-Vith ga ik de
afslag nemen naar de Eiffel Radweg.
Het is fris bij vertrek. Ik heb been- en
armstukken en mouwloos windjack aan. Ik twijfel om lichte handschoenen
aan te trekken. Het is een graad of 8 schat ik. Gaandeweg zou het warmer
worden, maar de arm- en beenstukken zouden niet meer in de tassen verdwijnen.
Navigeren door Aachen gaat heel vlot, en in geen tijd ben ik de stad uit. Maar
de eigenlijke Vennweg kan ik niet meteen vinden. Na een paar keer heen en weer
draaien in een straal van 100 meter heb ik hem uiteindelijk toch gevonden, en
kan de reis echt beginnen.
Uit vervlogen tijden |
De Vennweg, is omgeven van het groen. Met een stijgingspercentage
die slechts heel geleidelijk oploopt, zodanig dat je het zelfs met een fiets
met weinig versnellingen aankan. Het asfalt is onberispelijk. Het lijkt wel of
het op sommige plaatsen met een strijkijzer behandeld werd. Du jamais vu! Dat
asfalt zal grotendeels van dezelfde kwaliteit zijn tijdens het verdere verloop
van de reis. Op dat punt zijn de Duitsers benijdenswaardig.
Op aanraden van mijn kamergenoot nam ik vanmorgen een drietal
pistolets mee (iets wat ik slechts eenmalig deed) uit de refter van de JHB. Ik eet
ze op te Lammersdorf (D) en smeer ze met confituur die ik mee heb van
thuis. In een benzinestation koop ik een fles chocomelk en zo heb ik een stevige
en goedkope maaltijd.
Hoge Venen, nabij Küchelscheid. |
Ondertussen ben ik in de Hoge Venen aanbeland. In Küchelscheid (B), net over de grens met België is de Vennweg nog niet helemaal afgewerkt en moet er een omleiding van ongeveer 10 km gevolgd worden (oa door Sourbrodt) via het knooppunten netwerk. Wat ben ik blij dat ik die omleiding mag volgen, want dit is echt het mooiste wat België te bieden heeft. Hier ben je alleen, in een groene omgeving, omgeven van sparren van tientallen meters hoog. Echt machtig. Hier kan ik dagen fietsen….Toen ik hier in april was stond de natuur door de lange winter wat op achterstond waardoor alles veel kaler was. Ondertussen is die achterstand ingehaald en is de natuur op zijn mooist, en daar heb ik met volle teugen van genoten.
De kilometers gaan heel vlot. Het is nog maar
15u, als ik al op 20 km van Sankt-Vith genaderd ben. Vanaf Steinbach gaat de route
over in een verhard pad dat heel goed berijdbaar is, zonder enige putten of
bulten. Na nog wat pauzes en sightseeing kom ik om 17 u aan in de JHB.
Oud station van Raeren, heden museum |
’s Avonds raak ik in gesprek met de baas van de
JHB, een man die perfect Nederlands spreekt, en uiteraard ook Duits en Frans.
Hij krijgt rond 22 uur een telefoontje van een man, een zekere Rudy, die zegt
dat hij op 15 km van de JHB is, en vraagt of die nog even wil wachten op zijn
aankomt. Na 1 uur is Rudy er nog steeds niet. Na anderhalf uur ook nog niet.
Wij vragen ons af er iets gebeurd zou zijn met hem, want in die tijd kan je die
afstand te voet afleggen als
je stevig doorstapt. Uiteindelijk, na bijna 2 uur komt Rudy aan. Hij heeft
blijkbaar nog 15 extra kilometers gemaakt en is verkeerd gereden.
Niettegenstaande hij met een GPS fietst (zelfde Garmin Edge705 als mezelf).
Blijkbaar heeft hij het toestel nog niet volledig onder de knie. Rudy is op weg naar Basel, naar zijn neef (hij komt ook met de fiets terug). Hopelijk wordt zijn navigatietechniek met de dag beter, anders zou het wel eens een heel lange reis kunnen worden.
We praten nog wat na over fietsen, reizen, en
alles wat er me te maken heeft. Het is al bijna 1 uur ’s nachts als ik bemerk
dat ik toch beter wat ga slapen.
10:36u, 8 graden, grijze lucht met wolken. Warm
is het niet. Maar ik vertrek toch in korte broek. Het belooft warmer te worden.
Maar eerst nog langs de bakker passeren om een belegd broodje te kopen. Het is
bijna 11 u als ik uiteindelijk vertrek voor mijn tweede rit.
Mijn GPS laadt de route niet goed in (zoiets
komt door software fouten in Basecamp denk ik). Hij geeft een rechte lijn naar een
routepunt ergens een kilometer of 2 verder. Makkelijk is anders. Gelukkig heb
ik een back-up op mijn GSM via OSMand+ en vind ik het toch. OSMand+ heeft een schermopbouw waar mijn GPS toestel niet
kan aan tippen qua detail en duidelijkheid. Het scherm op m’n smartphone is
groter, het GPS toestel al wat verouderd. Zo’n dingen maken een verschil.
Opnieuw een prachtige route langs heel kleine,
verkeersvrije wegen met perfect asfalt. Dit word je heel snel gewoon. Ik stop,
net zoals gisteren, heel vaak om foto’s te nemen, of wat te filmen. Na 15 km,
in de buurt van de Duits/Belgische grens, sta ik op een bruggetje een foto te
nemen. Plots hoor ik iemand mijn naam roepen. Verbaasd kijk ik om. Wie kan dat
nu zijn? Ik begin te lachen als ik Rudy opnieuw zie. “Wat doe jij hier” vraag
ik hem. “Je zou toch naar Luxemburg gaan vandaag, en zo richting Zwitserland
verder reizen”. “Klopt” zegt hij. Niettegenstaande hij bijna een half uur eerder dan mij vertrokken is heeft hij
ook nog maar 15 km afgelegd. Even veel als ik dus. Bovendien komt hij van een
andere weg af. Hij beschikt niet over OFM* of OSM* en navigeert enkel via CN*,
waardoor hij verstoken blijft van de mooie verkeersvrije fietspaden. Ik beloof
hem om de links naar deze kaarten, alsook wat meer uitleg rond
Basecamp en Garmin toestellen te verschaffen. We maken nog een foto van elkaar,
praten nog wat na, wisselen nog wat tips en trucs uit en nemen dan voorgoed
afscheid.
Rudy |
Rudy is een toffe, sympathieke Antwerpenaar van ergens
vooraan in de 50 schat ik. Zoals eerder gezegd is hij op weg naar Zwitserland voor een tocht van 2350 km. En dit met een totaal van 24 kg bagage! Niettegenstaande hij
niet kampeert, is dit een enorme hoeveelheid bagage om mee te zeulen. Zeker als
je weet dat hij toch enkele zware hellingen zal moeten trotseren. Hoewel ik zelf
pas een beginnend fietsreiziger ben geef ik hem toch wat tips mee die ik van
anderen heb ogestoken. Hij kijkt me verbaasd aan, en zegt “tjaaaah….ik ga daar
toch eens wat meer bezig moet zijn peis ik”. Tja, dat zou ik ook maar doen.
Want toen ik zijn fiets vast nam had die spontaan de neiging om te kantelen
door het zware gewicht achterop. Rudy was op weg met een Oxford, waarvan enkel
het frame nog origineel was. Stuur, zadel, zadelpen, wielen, banden, bagagedrager….zowat
alles was al vervangen. Een goede reisfiets had zijn fietsenmaker hem
verteld. Ik denk dat hij vooral een fietsenmaker heeft die persé die fiets
kwijt wou uit zijn toonzaal, of totaal geen idee heeft wat de eigenschappen van een goede reisfiets zijn. Toen Rudy mijn tassen vast nam, met een
totaalgewicht van 9.5 kg (inclusief tassen), moest hij toch wel even slikken. Met
de inhoud van deze tassen kan ik perfect 3 weken op pad gaan, zonder aan
comfort in te boeten. Kwestie van de juiste dingen aan te schaffen. Maar die
tips heb ik vooral te danken aan de ervaring van mensen op het forum van
wereldfietser.nl. Zelf was ik er anders ook niet zo direct opgekomen. En dan
weten dat ik nog een pak spullen mee had die ik niet gebruikt heb. Maar
reservemateriaal en regenkledij, daar neem je maar beter geen risico mee.
meer heb ik niet mee |
In Pronsfeld eet ik mijn broodje, nabij een
oud stationnetje, op. Hier ga ik over op de
Eiffel Radweg. Ik verlaat de voormalige treinroutes en ga nu op de gewone wegen
fietsen. Wel allen heel rustige, bijna verkeersvrije wegen. Soms zelfs met
redelijke stukken halfverharde paden. Het wordt meteen een stuk pittiger,
met hier en daar ferme hellingen. Voor het eerst ga ik gebruik maken van de
kleinere versnellingen. Maar aan versnellingen geen gebrek op de Rohloff naaf. Het landschap is opener dan
de Hoge Venen. In Prüm koop ik een nieuwe fietsbroek met een aparte onderbroek
met een heel goede, dikke zeem erin. Zo zie ik er wat minder wielrenner uit, en
de broek kan ik ook als vrijetijdskledij dragen. Vanaf Prüm ben ik op
de Prümtallradweg beland en heb ik ook de wind in het nadeel. In combinatie met
de hellingen maakt het de rit sportief een zwaardere dag als die van gisteren. Maar
ik maal er niet om. In tegendeel.
Ondertussen heb ik gemerkt dat mijn nieuwe ketting
wat slapper is geworden. Na bijspannen is die terug goed, en zal zo blijven
voor de rest van de reis. Vanaf Stadkyll volg ik de Kylltalradweg. Deze zal ik
morgen verder afwerken tot het eindpunt in Trier.
Landschappelijk was vandaag iets minder dan
gisteren, vooral het tweede deel van de route. Maar in vergelijking met
Vlaanderen nog steeds een heel prachtige route. Echter, een mens raakt heel
snel verwend op dat gebied.
historie of nostalgie? |
Om
17 u kom ik aan bij de JHB te
Gerolstein. Deze ligt bovenop een berg, die nog eens ferm de benen pijnigt. Ik
heb de ganse dag OSMand+ laten mee
navigeren en heb een batterijverbruik van amper 55% op mijn GSM (Samsung Galaxy
S3).
*OFM: Open Fiets Map
*OSM: Open Street Map
*OSMand+ (enkel voor smartphones)
*CN: City Navigator
Allen (met uitzondering van CN) gratis navigatiesoftware voor PC en GPS toestellen.
*OFM: Open Fiets Map
*OSM: Open Street Map
*OSMand+ (enkel voor smartphones)
*CN: City Navigator
Allen (met uitzondering van CN) gratis navigatiesoftware voor PC en GPS toestellen.
Dag
3, Gerolstein – Trier, 93.5 km
Bij het ontbijt deel ik de tafel met een Duits koppel.
Meneer en Mevrouw Reicher. Ik had ze gisterenavond rond 19 uur al zien
aankomen, net toen ik op het punt stond om de stad Gerolstein te gaan
verkennen. We praten wat, en blijkt dat we grotendeels dezelfde route volgen.
Gisteren reden ze net dezelfde route als ik. Vandaag rijden zij ook naar Trier,
en vervolgens naar Daun. Van Trier naar Daun doe ik morgen in één stuk. Zij
zullen er twee dagen over doen. Meneer
fietst wat vaker, en heeft zijn vrouw kunnen overhalen om mee te gaan op
fietsreis. Haar voorwaarde was dat de dagafstand niet de 75 km mocht
overschrijden. Wat dus niet altijd kan, maar dat weet zij dan weer niet…
Om 10:30u vertrek ik aan de JHB. En
meteen is het raak. De route is er eentje om duimen en vingers af te likken.
Groen, bomen, heuvels….noem maar op, en dan nog een fietspad die waarschijnlijk
met een strijkijzer is aangelegd. Gladder asfalt kan je niet hebben. Heel weinig
fietsers onderweg. Zalig fietsen zo, met enkel de natuur om je heen.
Gisterenavond heb ik een wasje gedaan, en door het felle zonnetje is mijn natte
kledij in geen tijd droog, en kan deze terug in de achtertassen. De ganse rit wind in het voordeel en een heel lichte constante
daling van de weg. Als dat niet leuk is. Ook blijkt de nieuw aangekochte broek
heel aangenaam te zitten. Goede koop dus. Net voor Bitburg haal ik Mr. en Mevr.
Reicher in. Even verder wijk ik van de route af, en rij via een stevige
helling de stad Bitburg in om wat broodjes kopen. Op één of ander pittoresk
plaatsje zal ik die straks wel nuttigen. Net buiten Bitburg zit de enige zware
helling van de route. Ik voel me al een tijdje lichtjes misselijk en heb op
deze helling al mijn versnellingen nodig. Is het door de eerste hitte dit
jaar? Heb ik iets verkeerd gegeten? Niet
genoeg uitgerust? Het gaat wel, maar niet zoals ik zou willen. Gelukkig heb ik
tijd zat, en kan ik makkelijk een pauze in lassen. Na de broodjesmaaltijd zou
mijn appelflauwte beteren. Dus misschien toch te lang gewacht met eten. Voor
een laatste keer haal ik het koppel Reicher in. Deze helling is hen te zwaar.
Hier moeten ze stappen.
Mr. en Mevr. Reicher |
Ook ik heb het heel eventjes zwaar op het steilste punt van de helling, stop nog
even om vlug een foto te nemen van een kerk in de verte, en van mijn stappende
tafelgenoten van deze morgen.
Na tweederden van de rit heb ik eens zin om wat
in het bos te gaan fietsen. Ik kies een pad die heel steil omhoog loopt, en ga
zo naar de top van de heuvel. Nat van het zweet, maar voldaan, ga ik er boven
op een open plek wat verpozen. Soms heeft een mens een extra inspanning nodig blijkbaar.
De fiets heeft er alleszins geen problemen mee. Mijn benen ook niet. Altijd
leuk om eens te testen.
Ter hoogte van de haven van Trier gaat de
Garmin terug in de fout, en snijdt een stuk van de route af, waardoor het
dus improviseren wordt. Gelukkig biedt OSMand+ uitkomst, waardoor ik relatief
makkelijk de juiste weg kan vinden. Het asfalt is op dit moment het slechtste
wat ik al tegen kwam. Dit lijkt België wel. Ook tref ik voor het eerste
langs mijn route wat zwerfvuil aan. Met dank aan vrachtwagenchauffeurs die het
niet zo nauw nemen met het milieu.
Iets voor 17 uur kom ik aan te Trier. Er was
geen plaats meer vrij in de JHB waardoor ik uit moest wijken naar een hotel.
Gelukkig vond ik (online) een hotel met een hostel-afdeling (Kolpinghaus
Wasbergher Hof). Qua prijs en accommodatie vergelijkbaar met een JHB, en pal in het stadscentrum. Een meevaller. Jammer dat de muren wat dun waren,
en het geluid in de gang wat versterkt werd, maar verder heb ik er een goed
logement gehad. Trier is een mooie stad, maar
buiten snel wat sightseeing en winkels bezoeken is er geen tijd voor andere
dingen.
Trier |
Heel warm vandaag, 24 graden. Om 9u30 zit ik al
op de fiets. Vroeger dan anders, maar dat komt omdat ik vandaag een tocht verwacht die met wat meer moeilijkheden zal gepaard gaan. Toen ik mijn reisvoorbereiding maakte had
ik gezien dat ik vaak dorpen en kleine steden zou passeren. In OFM vond ik
niet meteen een constant fietspad, dus ging ik er van uit dat er vaak door die
steden gereden moest worden. Bovendien leek het er op dat er nogal vaak van
richting diende gewisseld te worden. Dit in combinatie met de toch wel grote
afstand vandaag, gaven me niet meteen het meest geruste gemoed.
Wat blijkt? Trier is druk. Hier wil je zo snel
mogelijk weg met je fiets. Auto’s komen van alle kanten en het is echt
uitkijken geblazen. Na een drietal kilometer heb ik dankzij OFM een rustig
fietspad gevonden en ben ik van de drukke weg af. Via CN kan je dus raden waar
die (verstopte) fietspaden zich bevinden. Nog een vijftal kilometer verder moet
ik door een mooie voorstad, en van dan af aan zal het allemaal heel erg meevallen.
Niets van drukte, steden, enzovoort. Het 'Moselpad’ loopt bijna
constant naast de Moezelrivier, waardoor je er heel rustig kan fietsen. Vanaf nu kom
ik de ene wijnrank na de andere tegen. Dit is duidelijk de wijnstreek van Duitsland.
Op een bepaalde plaats staan alle jonge scheuten ingepakt en beschermd middels
tetrabrikken van Lipton Ice Tea. Het lijkt wel of de ice tea hier uit de grond
komt. Komisch zicht alvast. Heel veel ouderen met elektrische fietsen op dit
vlakke traject naast de Moezel rivier. Na ongeveer 25 kilometer kom ik twee
twintigers tegen met een MTB fiets. Ik had ze daags voordien ook al ingehaald. Ik
kom te weten dat ze op weg zijn naar Koblenz en zo’n 100 km per dag afleggen.
Mij valt op dat ze redelijk traag fietsen, gezien hun afgetrainde lichamen, en
jeugdige leeftijd. Niet dat ik er de pees op leg of zo, maar het valt me wel
op. Best ook wel vreemd, hoe je sommige mensen een paar keer tegen komt op een
route.
Ice Tea groeit hier zo uit de grond |
Ongeveer dertig kilometer verder besluit ik te
stoppen bij een bakkerij om er wat eten in te slaan. Ik eet mijn broodjes op de
geïmproviseerde terras voor de bakkerij op. Als alles op is, ga ik terug binnen
met mijn afval. De winkelbediende geeft mij 15 cent
wisselgeld. Ik vraag verbaasd waarom ze mij dat geeft. Blijkbaar krijg je in
Duitsland wat wij statiegeld noemen op ledige plastic drankverpakkingen. Is dat de reden waarom je geen blikjes, petflessen en tetrabrikken langs de kant van
de weg vindt? Een werkwijze die, als het aan mij lag, onmiddellijk bij ons
overgenomen mag worden.
Na 62 km fietsen kom ik aan in Mülheim, alwaar
ik noordwaarts de Maare-Moselradweg volg tot Daun. Het is ongeveer 14 uur, en
ik ben halfweg.
Dicht bij Daun wijk ik af van de route om verscheidene
Maaren te bezoeken. Dit zijn oude kraters die volgelopen zijn met water en waar
rond heel wat begroeiing is.
Maar eerlijk gezegd valt dit tegen. Meer dan
een klein rond meertje is het in feite niet. Vanuit de lucht ziet het er
redelijk speciaal uit. Van op de grond helemaal niet. Dit is de eerste (en zou
ook de enige blijven) kleine teleurstelling van de reis, maar het maakt niet zo
veel uit. Deze reis kan nu al niet meer stuk.
Na 6:27 u en 124.5 km fietsen kom ik aan bij de
JHB te Daun.
’s Avond ga ik nog eens de stad Daun bezoeken, waar ik ook nog op enkele heel pittige hellingen getrakteerd word. De teller
vandaag eindigt op 135 km en ongeveer 7 uur fietsen.
Wat me opvalt is dat in zowat iedere stad
heel steile straten zijn. Moest men hier een kermiskoers organiseren, het zou
nogal wat geven.
Dit is de laatste rit van mijn reisje. De route
vandaag is er eentje die ik heb laten maken door Google Maps (navigeer via
fiets ipv auto). Frederik en ik hadden dit in april ook al eens gedaan, en dat bleek in
de praktijk een voltreffer. Er zaten zelfs heel mooie stukken offroad in.
Nazicht in OFM gaf aan dat Google dat bijlange niet slecht deed. Dus, op goed
geluk maar.
off-road, met dank aan Google Maps |
De dag begint al goed. Bij het ontwaken om 7
uur schijnt de zon al volop door het vensterraam. Het belooft een warme dag te
worden. De eerste kilometers verlopen over een grote weg, doch veel verkeer is
er niet. Wel een serieuze helling die ik te verwerken krijg. Iets verderop
stuurt Google me offroad door een bos. Geen probleem, leuk. Toch straf dat dit
programma zo’n mooie fietsroutes kan maken. Kan je zelfs niet eens doen met CN,
want die kent zo’n paden niet.
Wat verderop word ik langs de Kylltalroute
route gestuurd. Daar kan ik uiteraard best mee leven.
Tussen Dahlem en Udenbreth volg ik een stukje
van de Eifel Hoch route, opnieuw op bevel van Google. Dit is een lange, niet al
te steile, weg variërend tussen de 5 en 8 % hellingsgraad. Een grote weg, maar
ook hier is er weinig verkeer. Op enkele motoren en vrachtwagens met gekapte
bomen na, is er geen mens te bespeuren. Dit lijkt wel een stuk niemandsland.
Heel mooi en aangenaam fietsen hier. Mijn water raakt op, en dit is zo’n dun
bevolkte streek dat er slechts 1 winkel annex benzinepomp is, die dan nog
gesloten blijkt te zijn wegens wekelijkse rustdag. Een eindje verder zie ik
twee dames keuvelen op de oprit van een huis. Ik vraag hen of ik m’n
bidons mag bijvullen. Dit blijkt geen probleem te zijn. IJskoud water komt er
uit de keukenkraan. Ik zit op 677 meter boven de zeespiegel. Dit zal toch wel
geen regenwater zijn zeker? Ach, wat maakt het uit. Tegen dat ik er last
van heb zit ik al op de trein richting Oostende. Ik heb terug 1 liter water en
kan wel verder voor de rest van de dag. Niettegenstaande de temperatuur hier
merkelijk frisser is, dan enkele honderden meters lager, blijft het heel
aangenaam fietsen. Iets verderop langs een lang recht stuk weg neem ik een foto
van het landschap. Ik rommel nog wat in m’n tassen als ik een zwarte
terreinwagen zie aankomen. Die stopt. Het blijkt de boswachter te zijn. “Alles
gut? Kein problem”? vraagt die. “Alles gut”, antwoord ik. Mooi gebaar. Stel dat
ik echt pech had gehad, het zou een aangename hulp geweest zijn, daar in
niemandsland.
Nog 41 km en ik ben terug in Eupen, alwaar ik
de trein richting Oostende neem. Mijn dag/week kan nu al niet meer stuk, want
ook vandaag is het landschappelijk weer een hoogdag.
Voor ik het weet ben ik ongemerkt terug in
België aangekomen. Ik rij langs het militair oefenterrein van Elsenborn. Deze
zone is niet altijd toegankelijk. Om de 100 meter staan borden opgesteld met
data wanneer de militairen oefenen en de melding dat het bos dan ontoegankelijk
is. Enkele kilometers verder rij ik terug Duitsland binnen. Het einde van de
reis nadert nu met rasse schreden. Ik heb terug een voorproefje van België
gehad, dus ik weet dat het einde nabij is. Maar eerst nog maar wat genieten van
de volgende kilometers.
Ondertussen ben ik bijna in Monschau aangekomen
en heb ik 995 hoogtemeters vandaag. Ik bezoek de stad niet, omdat ik er vorig
jaar ook was. Of het nu voor of na Monschau was kan ik me niet meer herinneren,
maar langs de grote weg haal ik mijn topsnelheid van 72 km/u. De fiets heeft er
niet de minste moeite mee. Hij rijdt als op rails. In Monschau stuurt Google me
naar links, weg van de grote weg. Maar ik kan geen weg of pad vinden. Tot ik
eens goed kijk en tussen de bomen iets ontwaar wat voor onverhard pad moet door
gaan. Als ik de hellingsgraad bekijk weet ik het meteen. Hier komt niemand
over. Minstens 30% en meer. Bovendien is het pad bezaait met boomwortels en
stenen tot wel 30 cm lang en 10 cm breed. Zelfs met een MTB lukt dit niet. Ik
doe toch een poging om het pad te volgen, de fiets omhoog duwend. Na een
vijftigtal meter geef ik het op. Het blijft maar omhoog gaan, en het is gewoon
te lastig. En wat volgt er na de heuveltop? Er zal wel een alternatief zijn. Ik
zoek wat via mijn Garmin en merk dat ik over een paar honderd meter terug
de Vennweg op moet. De route die ik de eerste dag aan deed. Het is vrij
duidelijk welke kant ik opmoet. Omhoog. Een klimmetje van 22% als toemaatje.
Rohloff in stand 1 en dat lukt probleemloos, al blijft het wel zweten bij zo'n zomerse temperatuur. Een
bewoner kijkt nogal geschrokken als hij mij ziet fietsen met een zware fiets en twee
tassen achterop. Na een deftig stukje klimmen kom ik terug aan bij de
Vennweg en herken ik onmiddellijk het oude stationsgebouwtje van Monschau. Het
staat overigens te koop. Wat verderop terug naar links door een landschappelijk
juweeltje en zo terug richting Eupen. Als ik op mijn Garmin kijk zie ik
dat ik nu 1155 hoogtemeters heb. Het kan snel gaan met die hoogtemeters
blijkbaar. Ik zit nu op 555 meter boven de zeespiegel. Eupen ligt op iets van
250 meter. Dat wordt vlammen naar het eindpunt. En vlammen heb ik gedaan. Rohloff
op 14 en nooit onder de 40 km/u, ondanks een opengebroken stuk weg van een
kilometer of 5. Ik ben terug in België en krijg als afsluiter het slechtste
asfalt van de ganse reis onder de wielen geschoven. Ook het stuk waar het
asfalt niet afgeschraapt was is van erbarmelijke kwaliteit. Willkommen in
Belgien zeker? Vertrouwd beeld helaas. Ik begin het Duits asfalt nu al te
missen, en ben pas een paar minuten in het thuisland.
Monschau, oud stationnetje |
Het is nog geen 17 u en ik ben al in Eupen. Ik
volg de wegwijzer naar een camping waar ik verleden jaar was. Ik wil er een
douche nemen, om zo proper en fris de treinreis huiswaarts te kunnen aanvatten.
Het sanitair is vooroorlogs, maar soit, als ik maar gewassen ben. De uitbater
maakt er geen probleem van en ik kan gratis douchen.
Terug naar Eupen. Ik heb nog 35 minuten voor de
trein van kwart na zes vertrekt. Fastfood dus. Een doner kebab en een ijsje, in
de zaak ernaast, als dessert moeten volstaan.
Het station is amper een kilometer verderop.
Een kilometer bergop welteverstaan. Ik raak wat in tijdnood en moet nog een
sprintje bergop trekken. Ondertussen ben ik nog steeds bezig met dat ijsje te verorberen. Waarom vind ik dat toch zo lekker? Opnieuw in het zweet gefietst. Dju. Ach, ’t zal wel
drogen. Nog snel een ticket voor de fiets kopen en dan zo snel mogelijk richting perron. Ik heb 3:03u om te bekomen van de inspanning.
Wanneer ik terug in Oostende aankom lijk ik wel in een ander seizoen aan gekomen. 24 graden in Eupen worden in Oostende gehalveerd. Er staat naar gewoontegetrouw een strakke wind. Het lijkt wel april. Nog 5 km fietsen en ik sta terug thuis.
Wanneer ik terug in Oostende aankom lijk ik wel in een ander seizoen aan gekomen. 24 graden in Eupen worden in Oostende gehalveerd. Er staat naar gewoontegetrouw een strakke wind. Het lijkt wel april. Nog 5 km fietsen en ik sta terug thuis.
Nog een kilometer of 3. Ik rij aan de linkerkant van de weg op het voorbehouden dubbelrichting fietspad op de Eduard Moureaux laan in Oostende en wil rechtsaf afslaan. Hierbij
moet ik de eenrichtingsweg die naast het fietspad ligt dwarsen. Ter hoogte van
de fietsoversteek staat een wagen verkeerd geparkeerd. Ik steek de weg over,
als ik plots gierende remmen hoor. Ik kan nog net achterom kijken en zie een
wagen vol in de remmen gaan. Ik had nochtans achterom gekeken en niets
gezien. Met dank aan de verkeerd geparkeerde wagen zeker? De remmende wagen
mist mij op geen halve meter na. Of hoe je na 577 km op amper enkele kilometers
van je eigen huis het grootste gevaar van je reis kan tegen komen. Ik was wel
in fout geweest. Maar de wagen kwam aangereden met een snelheid die te groot
was om te stoppen aan het kruispunt waar het voorrang van rechts was. Stel dat er op hetzelfde moment iemand van rechts kwam, dan had hij even hard moeten remmen. Dus
toch ook wel een beetje onaangepaste snelheid. Al ben ik de bestuurder wel dankbaar voor zijn alertheid.
5 minuten later ben ik thuis. Ik heb vandaag
opnieuw 6 uur gefietst. Het is bijna 22 uur (de trein had vertraging en moest
omrijden wegens defecte seinen). We zijn donderdag 6 juni 2013 en de verwarming
staat aan. Kwestie van een aangename temperatuur te halen.
Conclusie: Deze reis heeft me veel meer geboden
dan ik er van verwacht had. Geslaagd met de grootste onderscheiding.
bijvullen? |
- Nergens is het netter dan in Duitsland. Zwerfvuil lijkt er onbestaande.
- Wat zijn de fietsroutes mooi en van perfecte asfaltkwaliteit. Zelfs onverharde paden halen een beter niveau dan vele Belgische verharde fietspaden. Kan tellen!
- In 577 km ben ik nooit voorbij gestoken geweest door andere fietsers.
- Je doet altijd meer kilometers dan voorzien, al was het maar om een stad te bezoeken.
- OSMand+ is een fantastische backup, die ik iedereen kan aanraden. Ook mensen zonder GPS toestel.
- Zwart/witte stippellijntjes op de Garmin (zowel dikke al fijne) zijn goed berijdbaar met de fiets (zomer).
- In CN zoomt Garmin in naar OFM bij koerswijziging. Omgekeerd ook. Vreemd, maar geen probleem.
- Gele wegen in OFM zijn niet zo goed zichtbaar. De lila kleur op het Garmin toestel kan niet gewijzigd worden.
- Zet kaartdetails in OFM in minst, of normaal, anders wordt het te druk op het kleine schermpje.
- Reisvoorbereidingen maak je best in OFM. Je haalt er zo de goede (fiets)paden uit. Veel beter dan CN op dat gebied.